De overleving van een hoax: het Borghilde Project

Enige tijd geleden kreeg ik een in oktober 2010 verschenen boek van Graeme Donald in handen, Mussolini’s Barber. And other Stories of the Unknown Players who made History Happen. Volgens de site van Osprey Publishing is Donald ‘researching the origins of words, nursery rhymes, superstitions and popular misconceptions’. Het zorgde voor een paar uurtjes vermakelijke lectuur, want heel erg serieus te nemen is het allemaal niet.

Een van de verhalen in het boek had Ruth en Elliot Handler als onderwerp, de uitvinders van de Barbie-pop. En, zo stelt Donald, ‘They created their iconic toy after visiting Germany in 1956 and buying the Bild Lilli doll—an adult novelty item sold in German barber shops and nightclubs’. Ruth Handler heeft altijd ontkend dat ze van het ‘adult’ karakter van ‘Bild Lilli’ op de hoogte was bij de introductie van de Barbie. In de Sun zei Donald: While I was researching this I came across references to Nazi sex dolls and found out that Hitler had ordered them to be made. … As ever, more troops were laid low by disease than by bullets. Syphilis was a problem Hitler was aware of and he was rumored to have suffered from it himself.” En: ‘In the end the idea fizzled out and the place where they were made and all the dolls were destroyed in the bombing of Dresden’. En zo komt Donald op het Borghilde Project….

Wat hield dit project in ? Volgens Donald liet Adolf Hitler opblaasbare sekspoppen vervaardigen voor zijn soldaten, vooral om het gevaar voor seksueel overdraagbare aandoeningen te beperken. Heinrich Himmler zou in 1940 geschreven hebben dat het grootste gevaar in Parijs de wijdverspreide en ongecontroleerde aanwezigheid van hoeren was. Volgens Himmler was het een oorlogsnoodzakelijkheid de soldaten te beletten hun gezondheid te riskeren met dergelijke contacten. Hitler keurde het project goed, en vervolgens werden Arische sekspoppen ontwikkeld, die klein genoeg waren om in een rugzak te passen. Ze werden uitgetest door soldaten in het bezette Jersey. In 1942 werd het project afgeblazen; Duitse militairen weigerden de opblaaspoppen nog langer mee te zeulen in hun bagage. Ze waren bang dat ze zouden worden uitgelachen door Britse soldaten als die hen gevangen zouden nemen.

De uitgever van Donald’s boek heeft dit verhaal gebruikt om de belangstelling te wekken van het publiek. En dat heeft gewerkt, want het bericht dook de afgelopen weken ruimschoots op in de (meer of minder) respectabele nationale en internationale pers, zoals onder andere het Algemeen Dagblad, de Volkskrant, de New York Post, Time, Sun en Daily Mail. Op internet is het verhaal ontelbare malen gepost.

Toen ik het verhaal in Mussolini’s Barber las, herinnerde ik mij dat ik al eerder met dit Borghilde Project in aanraking was gekomen. Ik wist in ieder geval zeker dat er in 2009 een korte film gemaakt was met dezelfde titel en hetzelfde onderwerp. De nieuwswaarde van het verhaal van Donald leek mij dan ook beperkt en de aandacht ervoor in de pers rijkelijk overdreven. Dit gegeven zette mij er toe aan uit te zoeken hoe het verhaal is ontstaan.

Tot april 2005 was www.borghild.de, de enige website (ook in een engelse versie), die over dit thema ging. Op 11 april 2005 werd het project vermeld in taz-die Tageszeitung, waarbij als bron naar de hiervoor genoemde website werd verwezen. Of het artikel teruggaat op een eerder publicatie, is niet te herleiden. Na dit artikel duiken er (ook toen al !) talloze berichten op over het thema. Alle berichten toen presenteerden het project als een hard feit, maar nemen ook een feitelijke onjuistheid van de website kritiekloos over: het artikel vermeldt Joachim Mrugowski, een van de topfunctionarissen van het Hygienischen Institut van de Universität Halle, die een rol gespeeld heeft bij vele van de medische experimenten op concentratiekampgevangenen. De naam wordt echter consequent verkeerd gespeld, namelijk als Mrurgowski, een spelling die overal wordt overgenomen. In mei 2005 neemt Bild een artikel over het Project op, maar is daarin (tegen de normale praktijk in) voorzichtig en geeft aan het bericht niet verder te hebben onderzocht. In het artikel in Bild wordt vermeld: Fakt ist: der Prototyp der Puppe ist nie aufgetaucht. Allerdings wurde das Dresdner Hygiene-Museum während des Krieges schwer zerstört. Die Leiterin der Sammlung, die Kulturwissenschaftlerin Susanne Roeßiger (43): ‘Die Anfrage eines Wissenschaftlers der Freien Universität Berlin hat uns auf diesen durchaus interessanten Bericht aufmerksam gemacht. Seitdem recherchieren wir und prüfen unsere Archive. Bislang allerdings ohne Ergebnis’. Ook het verhaal van Donald meldt geen vermelding van het project in oorspronkelijk bronnenmateriaal (net als de website www.borghild.de op dit moment niet doet).

Opmerkelijk is verder een wisseling in de inhoud van de website. In deze blog wordt vermeld dat er een verschil bestond in de versie van 2005 (die het nieuws haalde) en de via de Wayback Machine te reconstrueren versie van 2003. Het verschil zat hem in de onderschriften van de opgenomen afbeeldingen. In de Engelse versie van 2005 was niet vermeld dat de afbeeldingen ‘reconstructies’ waren, gemaakt met behulp van etalagepoppen. De indruk werd gewekt dat het om originele afbeeldingen ging. De website in 2011 komt woord voor woord overeen met de gearchiveerde pagina uit 2003.

De auteur van de website ‘Norbert Lenz’, waarvan alleen de Engelse versie nadere informatie biedt, is ‘born 1966 in Hamburg, is a freelance-journalist contributing regulary to magazines like Stern, Max and Focus’. Hij is echter volstrekt onbekend en onvindbaar. Bij de genoemde tijdscriften zijn geen bijdragen onder zijn naam te vinden, wat merkwaardig mag worden genoemd. Het domein is geregistreerd onder de naam ‘Mike Cospro uit Neumarkt in de Oberpfalz, maar deze Mike is volstrekt onvindbaar. Het contactadres op www.borghild.de geeft geen enkele reactie.

Het lijkt er dus op dat het verhaal uit de duim gezogen is. Op 22 juni 2005 werd het al als een ‘hoax’ weggezet op BoingBoing, nadat de site daarvan met bovenstaande argumenten was overtuigd door Rochus Wolff, die in zijn blog uitgebreid op de zaak is ingegaan en ook nog andere argumenten had om het verhaal aan de kant te schuiven.

Uit welke hoek de ‘hoax’ geënsceneerd is, is moeilijk te zeggen. Er zijn wel wat marginale aanwijzingen, die te maken hebben met de sites waaraan www.borghild.de gerelateerd is via de registrator. Direct gerelateerd is de site aan First-Androids.de, die op haar beurt weer gelinkt is aan sites als www.fair-girls.de en www.hure.de. Het lijkt er dus op dat het verhaal uit de koker van de Duitse seksindustrie afkomstig is.

Het is dan ook verwonderlijk dat een verhaal dat al lang naar het land der fabelen is verwezen nog steeds als nieuwigheid de pers kan halen. Het geeft maar aan dat het geheugen kort is, berichten klakkeloos worden overgenomen zonder ook maar enig onderzoek uit te voeren en spektakel de voorkeur heeft boven echte nieuwswaarde.

Donald heeft echter goede reclame gehad voor zijn boek. Dat bijna niemand in de gaten heeft dat hij simpelweg een al reeds geruime tijd als ‘hoax’ bekend staand verhaal als ‘waarheid’ weet te verkopen, mogen vooral de betrokken persmedia zich aanrekenen.

Overigens, en tot slot: buiten het feit dat Donald’s boek erg vermakelijk is, zijn er weinig redenen om het aan te schaffen. Laat dus maar rustig voorbij gaan !

Eén gedachte over “De overleving van een hoax: het Borghilde Project”

  1. Dit laat weer eens pijnlijk zien dat de huidige journalistieke cultuur vooral uit overschrijven en napraten bestaat! Zelf onderzoek doen is er helaas niet meer bij..

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.